IV Het hoofd
(stap 2 van 7)
--> Gezichtspunten
Hier leggen we je uit hoe je het
hoofd vanuit drie verschillende
gezichtspunten kunt tekenen.
Het maakt niet uit vanuit welke
hoek je het hoofd bekijkt, je moet
nog steeds dezelfde stappen nemen.
De eerste stap, de basisvorm, is
het belangrijkste.
Het belangrijkste van deze stap
zijn de tekeningetjes hier rechts.
Maar je moet de tekst hieronder
goed lezen.
I: Zijaanzicht
De basisvorm moet als volgt
getekend worden: teken de eivorm,
maar maak het bovengedeelte breder.
Draai de vorm zoals wij dat hebben
gedaan (gebruik de stippellijn).
Teken ook de horizontale ooglijn.
De rest van de hulplijnen moet
je op dezelfde manier plaatsen als
bij het vooraanzicht van de
vorige stap. Herinner: De nek moet
onder de hoek van de stippelijn
van voorbeeld II worden getekend.
II: Driekwart vooraanzicht
Teken de eivorm gedraaid zoals je
in het voorbeeld kunt zien. Teken
niet alleen de horizontale hulplijn,
maar ook de lijnen rond de eivorm.
Herinner: vergeet niet om het haar
boven het hoofd te tekenen, dit
geeft de illusie dat het hoofd nog
steeds rond is.
III: Driekwart achteraanzicht
Begin hetzelfde als bij driekwart
vooraanzicht. Merk op hoe de
verticale hulplijn is geplaatst.
Alleen kleine delen van de ogen,
neus, mond etc. zijn te zien.
Teken nu de onderdelen voorzichtig,
geef ze later pas een solide vorm.
Teken het haar boven het hoofd.
Herinner: er is een grote spier
aan de zijkant van de nek.
Als je op volgende klikt, vertellen
we je iets over het detaileren van
de ogen.
« vorige
|
volgende »
¤ index
|
sluiten ×